Tien jaar auto's delen

BUNNIK De eerste deelauto van MyWheels werd op 20 oktober 2006 in Bunnik geplaatst. Nu, tien jaar later, staan er zeven auto's van MyWheels in de gemeente Bunnik en worden daarnaast zes auto's door particulieren te huur aangeboden via de site van MyWheels. Het jubileum wordt met de leden gevierd in de landelijke SharingWeek, op 14 oktober.

Agnes Corbeij

De gedachte van MyWheels is dat niet iedereen een eigen auto nodig heeft, maar dat verschillende mensen een auto kunnen delen. In de gemeente Bunnik zijn inmiddels zo'n 300 mensen lid van MyWheels. Sommigen hebben zelf helemaal geen auto, voor anderen is het lidmaatschap van MyWheels een vervanging voor een tweede auto. In de top tien van het aantal deelauto's per 100.000 inwoners staat Bunnik op de vijfde plaats, net onder Amsterdam.

VERKOCHT Jan van der Laan uit Bunnik is een van de leden. Hij maakt sinds 2011 gebruik van de auto's van MyWheels. Van der Laan: "We gebruikten onze auto alleen in de weekenden en op vakantie, soms door de weeks voor een boodschap. Woon-werk verkeer doen we al jaren per fiets of met het openbaar vervoer. Onze eigen auto werd ouder en het onderhoud daarmee duurder. Die hebben we verkocht."

Ook de milieuaspecten wegen mee. "Waarom een eigen auto voor de deur als er een straat verderop een auto staat die je kunt gebruiken wanneer je hem nodig hebt?" Ook werkt het bewustwording in de hand. "In vergelijking met een eigen auto ervaar ik een verschil. Je bent gewoon wat bewuster in je afweging: pak ik de auto, of kan het ook met de fiets of bus/trein?"

AANBOD Ook Jenny en Vincent Houtgraaf zijn al jaren lid. Jenny: "We hebben niet zo vaak een auto nodig en we vinden het zonde van het geld en de parkeerruimte." Jenny is erg blij met het gevarieerde aanbod in Bunnik. "Er zijn zoveel deelauto's, dat er veel verschillende auto's zijn. Met een trekhaak, voor als je een kar mee wilt nemen, of een grote auto met zeven zitplaatsen, die we wel eens gebruikt hebben voor een kinderfeestje."

Jenny werkt thuis en Vincent fietst naar Utrecht. Hun elfjarige zoon is ook gewend veel te fietsen. "Als we op familiebezoek gaan in een dorpje in Brabant duurt de rit met het openbaar vervoer drie uur. Dan nemen we dus de deelauto. Ook gebruiken we een auto als we naar de bouwmarkt gaan."